Osteoporose (botontkalking)

Osteoporose betekent letterlijk ‘poreus bot‘. Het is een aandoening waarbij het bot langzaam steeds meer botmineralen verliest, vooral kalk. Hierdoor wordt het botweefsel steeds minder sterk. Het gevolg is dat de botten niet meer goed tegen een grote belasting kunnen en snel breken (vooral pols en heup) en inzakken (de ruggenwervels).

Je zou het niet zeggen, maar bot is een weefsel met een heel actieve stofwisseling. Voortdurend wordt oud botweefsel afgebroken (resorptie) en nieuw bot aangemaakt. Ongeveer elke tien jaar is het bot helemaal vernieuwd! Je bereikt rond je dertigste jaar je maximale botmassa (‘peak bone mass’). Heel langzaam neemt daarna de botmassa af, doordat de afbraak sneller begint te verlopen dan de opbouw. Vanaf de overgang (menopauze) verloopt dit proces bij vrouwen in een versneld tempo.

Osteoporose en botbreuken

De balans tussen de opbouw en afbraak van het bot is bij osteoporose verstoord. De afbraak verloopt te snel, of de opbouw te traag. Bij mensen boven de 65 jaar is het de belangrijkste oorzaak van botbreuken. Bij vrouwen van 75 jaar is de hoeveelheid botmineraal gemiddeld met de helft afgenomen en heeft de helft ooit al een botbreuk gehad. Pas dán blijkt osteoporose vaak: als iemand op oudere leeftijd iets breekt.

Broze botten die snel breken is niet een normaal verouderingsverschijnsel, zoals vaak wordt gedacht. Osteoporose is een aandoening, die bovendien goed te voorkomen is. Voorkomen is beter dan breken! Behandeling is ook mogelijk. Dat is belangrijk, want osteoporose is erger dan het lijkt. Botbreuken en de nasleep ervan kunnen de kwaliteit van leven sterk verminderen. Van de mensen die een heup breken, overlijdt zelfs 20% aan de gevolgen en complicaties ervan.

Over het voorkomen en behandelen van osteoporose en over de risicofactoren kunt u meer lezen op de site Osteoporoseplein.nl.

Naar uw arts?

Als u denkt dat u misschien osteoporose heeft of een behoorlijk risico loopt het te krijgen, ga dan naar uw huisarts. Hij kan zonodig onderzoek (laten) uitvoeren, u nog meer over de behandeling vertellen, en u een geneesmiddel voorschrijven. U kunt samen overleggen welke behandeling het meest geschikt is.